Tasmaanse peper | heel

Tasmaanse peper, ook wel bergpeper genaamd, is een altijd groen blijvende struik van 2- 3 meter hoog, waarvan de bladeren en bessen vanwege de op peper gelijkende scherpte vaak gebruikt worden in de keuken. De peperstruik groeit uitsluitend in de vochtige, koele dalen en kloven van de regenwouden van Tasmanië en New South Wales in het zuidwesten van Australië. De jaarlijkse oogstopbrengst van deze wild groeiende Australische specialiteit is zeer laag. De Tasmaanse peper smaakt in eerste instantie fruitig zoet en verrast dan ineens met een intense scherpte. Dit resulteert in een enigszins verdovend gevoel. Tasmaanse Peper moet zeer spaarzaam gebruikt worden, deze is een beetje scherper dan de normale zwarte peper. Voor gebruik in een pepermolen is het minder geschikt, omdat deze door de samenstelling van de bessen snel verstopt raakt. Men kan de peper beter in een vijzel of mortel malen. De vermalen Tasmaanse peper verkleurd lichtkleurige maaltijden roodpaars, een effect dat door het toevoegen van een beetje zout nog meer kan worden versterkt. Het wordt aanbevolen deze peper niet te lang mee te koken, maar kort voor de voltooiing van een gerecht toe te voegen.